03/09/2020
Met een konijn naar de tandarts?

Een van de meest voorkomende gezondheidsproblemen bij konijnen zijn tandproblemen. Dit komt omdat hun tanden in tegenstelling tot die van honden of katten voortdurend blijven doorgroeien. Het geven van de juiste voeding is daarom zeer belangrijk en voorkomt het grootste deel van deze problemen.
De mond van een konijn bevat verschillende soorten tanden. Vooraan staan vier grote snijtanden en in de bovenkaak net achter de snijtanden twee kleine stiftandjes. Deze laatstgenoemde tanden komen niet voor bij knaagdieren zoals cavia’s en hamsters, en zijn de reden waarom een konijn niet tot de knaagdieren maar tot de ‘haasachtigen’ behoort. Verder hebben zij achteraan in de mond nog 22 kiezen, die het voedsel fijn malen.
Zowel de snijtanden als kiezen groeien continu door, dit zelfs tot 2 mm per week. Slijtage is dus nodig om de tanden kort en gezond te houden. Wanneer de voorste snijtanden te lang worden, spreken we over ‘olifantstanden’ waarbij je de tanden uitwendig naast elkaar kan zien krullen. Als de kiezen achteraan in de mond te lang doorgroeien ontstaan er tandpunten of haken die in de tong of in het wangslijmvlies kunnen prikken met bloederige letsels tot gevolg. In sommige gevallen ontstaan er problemen aan de tandwortel die kunnen leiden tot abcessen.
Konijnen met tandproblemen krijgen moeilijkheden om te eten. Vaak hebben zij honger en zijn dus enthousiast om te eten, maar schudden met hun kopje tijdens het eten of laten stukjes voeding uit hun mond vallen. Sommigen worden kieskeurig en verkiezen enkel zachte voeding. Anderen speekselen overvloedig of krijgen diarree, neus- of ooginfecties. Ze vermageren door steeds minder te eten en kunnen in het laatste stadium volledig stoppen met eten.
Een konijn dat 24u lang niet eet is een spoedgeval!
Oorzaken die een verminderde slijtage geven zijn onder meer een aangeboren afwijkende stand van de tanden of het breken van een tand door trauma waardoor de tegenovergestelde tand blijft doorgroeien. In de meeste gevallen ligt het echter aan het geven van foutieve voeding door de eigenaar. Naast water zijn hooi of gras de belangrijkste voeding van konijnen. Daarnaast mogen zij dagelijks groenten of kruiden krijgen. Voorbeelden hiervan: andijvi, broccoli, bloemkool (en bladeren), komkommer, paprika, peterselie, radijzen, rucola, sla, witloof, wortels (en het loof), ...
Commerciële konijnenkorrels zijn niet noodzakelijk voor konijnen die dagelijks veel verschillende soorten groenten en kruiden krijgen. Wanneer je toch korrels voert, is het belangrijk om dit niet overmatig te geven. In tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, slijten de tanden door deze voeding niet af. Hoe meer korrels konijnen krijgen, hoe minder ze van de belangrijke voeding (hooi, groenten) gaan eten. Twee soeplepel korrels per lichaamsgewicht konijn voorziet reeds in de dagelijkse behoefte. De gekleurde snoepjes en extra’s die bij een korrelmengeling toegevoegd zijn dragen niets bij tot de gezondheid van een konijn en moeten beperkt worden!